Verschillende talenten
“Daar waar de gymles voor het ene kind zorgt voor een boost van het zelfvertrouwen, leidt dit bij het andere kind tot onzekerheid. Toch ben ik er als vakleerkracht bewegingsonderwijs van overtuigd dat de gymles voor iedereen leuk kan zijn en dat het kinderen kan helpen groeien in hun zelfvertrouwen.
Tijdens de gymles heeft een kind verschillende talenten nodig om deel te nemen aan sport en spel. Het eerste waar je waarschijnlijk aan denkt is kracht, snelheid en behendigheid. Snel kunnen rennen bij de piepjestest, de bal goed aannemen tijdens een potje voetbal, of uitgedaagd worden tijdens een parcourtje.
Helaas zijn dit ook vaak de elementen waarbij veel kinderen blokkeren en afhaken.
Daarom is het zo belangrijk om ook naar andere talenten te kijken, zoals samenwerken en tactisch inzicht. Denk bijvoorbeeld aan het maken van een handstand; het ene kind probeert de handstand te maken en het andere kind helpt met het omhoogtillen van het tweede been.
Tactisch inzicht betekent dat je een tactiek bedenkt die het beste past bij de gegeven opdracht. Bijvoorbeeld: hoe kun je tijdens een tikspel het beste naar de overkant rennen, zonder dat je wordt getikt?
Door breed te kijken, de kwaliteiten van kinderen te zien, deze bewust in te zetten en ze te benoemen, is het voor alle kinderen mogelijk om een succesbeleving te ervaren. Hierdoor groeit het zelfvertrouwen tijdens de gymles!”
Succesbeleving
“Juist die succesbeleving – hoe groot of klein deze ook is – zorgt ervoor dat het zelfvertrouwen toeneemt. Om ervoor te zorgen dat alle kinderen succesbeleving kunnen ervaren is het van belang dat de kinderen tijdens de gymles op hun eigen niveau kunnen bewegen, dat ze worden uitgedaagd, hun grenzen kunnen verleggen en hierdoor kunnen groeien.
Voor mij als vakleerkracht bewegingsonderwijs de kunst om variatie aan te bieden. Dat houdt in dat er binnen een sport of spel verschillende situaties en/of materialen beschikbaar zijn, zodat kinderen zelf kunnen kiezen en ervaren wat het beste bij hun niveau past.
Een mooi voorbeeld hiervan is badminton. De kinderen die het nog moeilijk vinden, kunnen beginnen met het hooghouden van een ballon door middel van hun handen of een racket. Gaat dat goed, dan kunnen ze oefenen met het hooghouden van een shuttle. Kinderen kunnen in tweetallen proberen zo vaak mogelijk over te spelen (met of zonder net).
De kinderen die badminton al goed beheersen kunnen een wedstrijdje tegen elkaar spelen. Zo kan ieder kind zijn eigen niveau zoeken, om daarna een stapje hoger te oefenen of juist toch nog even dat stapje terug te doen.”
Trots
“Vaak is het nodig om je grenzen te verleggen om net dat stapje verder te durven en te kunnen, om uiteindelijk tot die succesbeleving te komen. Laatst had ik een ‘vrije’ val gecreëerd in de gymles. De kinderen gingen één voor één boven op een kast staan en vanuit daar, tegen een recht opstaande mat ‘lopen’. Waardoor de mat omklapte en op de grond viel, met de kinderen er liggend op hun buik bovenop. Sommige kinderen deden dit zonder twijfel, maar bij andere kinderen was die twijfel wel aanwezig. Met de nodige hulp en het verlagen van de drempel, door stapsgewijs op te bouwen, deden uiteindelijk alle kinderen mee. Ieder op zijn eigen niveau. Achteraf vonden ze het fantastisch, stonden ze met een big smile op hun gezicht en waren ze trots op zichzelf dat ze het tóch gedaan hadden!”